Hoe wordt liefde geboren?
Heimwee ontstaat normaal gesproken
slechts wanneer je een plek erg lief hebt gewonnen en je er vandaan
bent gegaan.. In mijn geval was het anders. Zolang ik mij kan
herinneren heb ik en onbestemd heimwee gevoel gehad naar Engeland
zonder dat ik er ooit was geweest. Hoe dit gekomen is weet ik niet
maar soms denk ik dat er een beetje van het “Anglofiele” virus
is meegekomen met mijn eerste Dinky Toy autootje , een wat
kaalgeschaafd, blauw bestelautootje waar ik zo vaak mijn rondjes rond
de tafel- en stoelpoten heb gedraaid.
Toen ik voor het eerst voet aan wal
zette in Engeland, had ik het bestelautootje al lang ingeruild voor
een echte, blauwe, Simca. Die stond veilig in de buik van het grote
schip dat stampend over de golven de monding van de Humber naderde.
Ik stond op het schommelende, groengeschilderde en met bruine
roestplekken gemazelde, dek. Nadat de veerboot zich als een jong
veulen dartelend over de grijze golven had bewogen en je regelmatig
het gevoel hebt gehad dat op een willekeurig moment een grote hand de
vloer onder je voeten heeft weggetrokken, werd de zee een beetje
rustiger, getemd door de havendammen die als wijdgeopende armen ons
schip begroetten De motregen lag als een natte deken over het nog
schemerige landschap. Al met al zou je denken dat het er niet erg
uitnodigend uitzag, mijn eerste blik op Albion. Maar het geheel paste
zo bij hetgeen ik verwachte dat het beeld eerder compleet was dan
afwijzend. Bovendien vormde het knipperende licht van de vuurtoren
een welkom, een knipoog zo je wilt en de pier van de havenmonding
strekte zich uit als een arm die om mijn schouders werd geslagen ter
begroeting.
Ik zocht beschutting tegen de
miezerige regen die een grijs gordijn over het landschap trok. De
kinderkopjes op de kade weerspiegelden, regennat het oranje vuur van
de kadeverlichting. En de lucht leek bezwangerd met een geur die ik
als typisch Brits herkende terwijl ik haar nog nooit geroken had. Het
was een mengsel van zoute zeelucht, dieselolie en onmiskenbaar de
geur van een vochtig rokende kolenkachel, verluchtigd met een aroma
van fish and chips. De meeuwen gaven een lawaaïg welkomsconcert.
Voor velen zou deze eerste indruk
misschien deprimerend kunnen zijn maar voor mij was het als de geur
van inkt en krijtstsof die je in een fractie van een seconde weer
terugvoert langs de verleden jaren naar de klas waarin je zat met
drieenveertig kinderen.
Dit was voor mij de geur van een
vaderland waar ik niet geboren ben. Alles is vreemd en toch zo
vertrouwd.
Ik herken de manier waarop de
havenarbeiders lopen,op weg naar hun “cuppa”.
Ik herken de kleuren van het landschap
, zo onmiskenbaar gemengd op een Engels palet.
Toen mijn voeten eindelijk verlost
waren van zwalkende en wiebelende deinen van het schip en hun
doelgerichte gang hadden hervonden, voerde mijn weg mij allereerst
langs een vermoeide oude ambtenaar van Her Majesty s customs and
excises. Zijn ogen keken waakzaam de passanten aan die de de
douaneloods binnen reden. Zijn gelaat was een typisch voorbeeld van
een man die in weer en wind de zee heeft afgezocht naar ongewenst
binnendringende, ongetwijfeld verboden waar vervoerende foreigners.
Zijn gezicht was doortrokken met de groeven die de jaren in her
Majesty’s service hadden achtergelaten. De verse regendruppels op
zijn pet lieten vermoeden dat hij ons schip al buiten had opgewacht
en ongetwijfeld met kennersblik had getaxeerd op mogelijke
contrabande.
Hij sloeg mij enigszins argwanend
gade. Immers ik was natuurlijk wel afkomstig van het Engelse-cultuur
bedreigende continent. Maar op de één of andere wijze scheen hij
zich te realiseren dat ik eigenlijk niet als buitenlander kwam maar
als een thuiskomende zwerver, die lange tijd van huis geweest is en
nu zijn vaderland weer ziet. Ik kan het mij verbeeld hebben maar in
zijn ogen gloeide even een vonk op als van herkenning. Hij wuifde mij
door en in mijn spiegel zag ik dat hij mij nog even nakeek. Ik wurmde
mij tussen het verkeer dat steevast aan de verkeerde kant van weg
blijkt te rijden en liet het haventerrein achter me. .
“ Ik ben thuis, Britain here I come”
--
Achter de grijze facade van het
havengebied slingert zich een weg omhoog langs ietwat vervallend
ogende huizen waarvan de ramen reeds jaren dromerig schijnen te
staren over het drukke aan- en afvaren van een veelkleurig
botenspektakel. De kleuren van de schepen steken fel af tegen het
loodgrijs van de zee. De verschoten gordijnen voor de ramen zien er
uit alsof het moegeworden oogleden zijn, de huizen worden in slaap
gewiegd door het lied van de ruisende zee.
Op de heuvel aangekomen, is het alsof
de grijze sluier die op de haven rustte is opgetrokken als een
toneelgordijn. Het decor beneemt mij bijna de adem. Hier ontplooit
zich het Engelse landschap in al zijn kleurenpracht. De hemel in
prachtig blauw, gespikkeld met witgrijze wolken, welft zich over de
weiden en velden in duizend kleuren groen.
De heggen en muurtjes doortrekken het
land met hun lijnen en delen het canvas van het landschap op als een
schilderij van Pieter Mondriaan. Her en der kijken de markante
vierkante kerktorens nieuwsgierig vanuit groene bomen-eilanden uit
over de velden.
Ik aanschouw dit landschap voor het
eerst in levend lijve met een stevige bries in de rug die mij de
zekerheid geeft dat de altijd aanwezige zee niet ver kan zijn. Het
is alsof de zon die vriendelijk op mijn schouder schijnt, mij wil
zeggen dat ik welkom ben, zo voelen zijn stralen als een hand van een
vriend die zich gereedmaakt om mij te leiden langs de groene lanen en
door dalen met kletterende watervalletjes waarvan ik het bestaan
vermoed achter de rode daken van het dorp.
Als ik de dorpsstraat binnenkom, staat
de slager in deur van z’n winkel. In smetteloos wit met de
blauwwitte voorschoot om zijn omvangrijke buik geknoopt, een strohoed
achteloos achter op het kalende hoofd, ziet hij alles en iedereen.
Hij tracht zo zijn collega middenstanders de loef af te steken wat
wetenswaardigheden betreft. Dat valt echter niet mee want zijn
directe buurman, die resideert in een pand met een van kleine ruitjes
voorziene erker, is kapper en aan de andere kant verschuilt zich in
de schaduw van biervaten en tussen het stille geklingel van glazen de
plaatselijk uitbater van een donkerbruine pub. Hun klanten hebben
meer de neiging om hun zieleroerselen bloot te leggen dan de
gemiddelde koper van verse lamsbout.
Maar als er op straat iets gebeurd dan
moet en zal hij de eerste zijn die het weet !. Zijn hoop wordt echter
de bodem ingeslagen als om de hoek pruttelend de wagen van de
melkboer verschijnt. Die is werkelijk onverslaanbaar, hij is de hele
dag op de weg en ziet en hoort daar alles en de huisvrouwen die over
de heg gebogen met elkaar in gesprek zijn, vormen een leger van
informanten waartegen geen enkele slager het kan opnemen. Ontstemd
trekt de slager zich terug in de met witte tegels voorziene winkel en
vanachter zijn koel-marmeren toonbank klinken de slagen van het
hakmes als het zich gefrustreerd een weg baant door het vlees en de
weerbarstige beenderen.
Ik besluit om de deur van de nog altijd
verwoed hakkende slager voorbij te lopen en ik begeef mij in de
krochten van de pub waar het ruikt naar verschaald Engels bier met
een vage lucht van Sheperds pie.
Ik moet zeggen, het smaakte beide goed,
de dampende sheperdspie en het vrijwel schuimloze donkere bier.
Eigenlijk smaakte het laatste naar meer maar ik moet verder. In het
voorbijgaan groet ik de waard en een wazig voor zich uit starende
boer die waarschijnlijk niet gemerkt heeft dat de laatste
veehandelaar het marktpleintje al heeft verlaten. Of misschien zit
hij slechts te bedenken hoe hij zijn vrouw moet uitleggen waarom de
omzet van de dag een gat vertoond ter grootte van enige pints dark
ale.
Als ik langs de kerk loop, over het
kerkhof waar generaties dorpsbewoners liggen te wachten op het
wekelijkse bezoek op zondagochtend na het uitgaan van de kerk, hoor
ik zacht een orgel dat zijn tonen door de dikke eikenhouten deur
perst. De tonen lokken mij naar binnen zoals een honing geur de bijen
lokt. Tussen het eikenhout van de banken wringt zich het zonlicht
vanuit de kleine ramen de koele ruimte in. Het licht tekent een
patroon van fijne stralen en schaduw op de grijze granieten stenen.
De tonen van het orgel vormen een zachtvloeiend beekje dat rond de
poot van het doopvont kronkelt en zich een weg zoekt onder het
spreekgestoelte. Langzaam zwelt het beekje tot een stroom van klanken
en akkoorden. De stroom overspoelt bijna het altaar, de kaarsen
houden zich moedig staande tegen het geweld van de tonen. Het geluid
overweldigt en verdiept de beleving van het oude gebouw waar zovelen
reeds in hoop vreugde en verdriet verzameld zijn geweest.
Ik trek de knarsende deur achter mij
dicht, de klink valt met een metalen geluid in het slot en ik hoor
dat het lied van het orgel is overgenomen door de leeuwerik die boven
het veld achter de kerk dartelt.
De met mos bespikkelde grijze grafstenen
gluren met moeite over het hoge gras aan de achterzijde van de kerk.
Hier is het al lang geleden dat er op zondag bezoek kwam, ach de
meeste van die bezoekers wachten nu zelf op het wekelijkse verzetje
op het nieuwe deel van het kerkhof..
Een kunstig gestapelde muur vormt de
scheiding tussen de dodenakker en de akker waar de aarde keurig
geploegd, geurend naar het voorjaar, wacht op het nieuwe zaad. Een
knarsend houten hek, opent mij de blik over het dal. Op de heuvel
blaten de witte vlokken wol over het veld en vanuit het diepste deel
van het dal hoor ik zacht murmelend de beek in gesprek met de
stoïcijns luisterende, altijd zwijgzame, oude brug. Samen met een
krans van oude wijze bomen staart hij neer op de frivole spiegelingen
van het water, ze hebben het niet zo op druktemakers zoals die beken,
altijd rusteloos in beweging, ’s winters opgeblazen ,trachten ze
baldadig de wortels van de bomen te ondermijnen en ’s zomers zijn ze sloom, ze slingeren
zich lui door het dal, op hun rug liggend, kijkend naar de wolken en
de zon. “Nietsnutten zijn het “grommen de oude wijze bomen, “niet
standvastig.”
Als een kloddertje velgekleurde verf dat
is uiteengespat op het water, duikt de ijsvogel en verschalkt een
zilveren blinkende vis. Als een zucht verdwijnt hij met z’n buit.
De zonnestralen worden door de takken gezeefd voordat zij in het
water vallen. Het fijne patroon is constant in beweging en vormt een
regen van klatergoud. Een Libel zweeft boven het water alsof ze met
een zijden draad ter decoratie van het landschap is neergehangen,
misschien bekijkt zij in de spiegelingen van de beek, hoe de
staalglimmend japon staat bij haar glanzende facet ogen. Over de met
groen mostapijt gestoffeerde brug volg ik het pad onder de suizende
eikenbomen die de eeuwen aan zich voorbij hebben zien trekken als de
dagen van een week.
mijn man en ik zijn 8 jaar getrouwd. We waren gelukkig getrouwd en hebben een zoon. 6 maanden geleden begon ik vreemd gedrag van hem op te merken en een paar weken later ontdekte ik dat mijn man iemand ziet. Hij kwam laat thuis van zijn werk, hij gaf nauwelijks meer om mij of de kinderen, soms gaat hij uit en komt zelfs 4 weken niet meer thuis. Ik heb er alles aan gedaan om dit probleem op te lossen, maar het mocht niet baten. Ik werd erg ongerust en had hulp nodig. Terwijl ik aan het browsen was, kwam ik een getuigenis tegen die suggereerde dat Dr. AJAYI kan helpen bij het oplossen van mijn huwelijksproblemen, het herstellen van verbroken relaties, enzovoort. Dus ik vond dat ik hem eens moest proberen. Ik heb contact met hem opgenomen en hij heeft een spreuk voor me gedaan. Twee dagen later kwam mijn man naar me toe en verontschuldigde zich voor het onrecht dat hij had begaan en beloofde hij het nooit meer te doen. Sindsdien is alles weer normaal. Mijn familie leeft weer gelukkig samen. Allemaal dankzij Dr. AJAYI. Als je een spreuk-caster nodig hebt die een spreuk kan uitspreken die echt werkt, raad ik je aan contact met hem op te nemen. Hij zal je niet teleurstellen.
BeantwoordenVerwijderenBel en Viber / Whatsapp + 2347084887094
E-mail: drajayi1990@gmail.com
mijn man en ik zijn 8 jaar getrouwd. We waren gelukkig getrouwd en hebben een zoon. 6 maanden geleden begon ik vreemd gedrag van hem op te merken en een paar weken later ontdekte ik dat mijn man iemand ziet. Hij kwam laat thuis van zijn werk, hij gaf nauwelijks meer om mij of de kinderen, soms gaat hij uit en komt zelfs 4 weken niet meer thuis. Ik heb er alles aan gedaan om dit probleem op te lossen, maar het mocht niet baten. Ik werd erg ongerust en had hulp nodig. Terwijl ik aan het browsen was, kwam ik een getuigenis tegen die suggereerde dat Dr. AJAYI kan helpen bij het oplossen van mijn huwelijksproblemen, het herstellen van verbroken relaties, enzovoort. Dus ik vond dat ik hem eens moest proberen. Ik heb contact met hem opgenomen en hij heeft een spreuk voor me gedaan. Twee dagen later kwam mijn man naar me toe en verontschuldigde zich voor het onrecht dat hij had begaan en beloofde hij het nooit meer te doen. Sindsdien is alles weer normaal. Mijn familie leeft weer gelukkig samen. Allemaal dankzij Dr. AJAYI. Als je een spreuk-caster nodig hebt die een spreuk kan uitspreken die echt werkt, raad ik je aan contact met hem op te nemen. Hij zal je niet teleurstellen.
BeantwoordenVerwijderenBel en Viber / Whatsapp + 2347084887094
E-mail: drajayi1990@gmail.com